Het nieuwe kabinet moet de huidige verlofregelingen gaan bundelen en onderbrengen in een nieuwe wet: de Wet maatschappelijk verlof. Dit adviseert de SER. Zij ziet een wet voor zich die bestaat uit drie pijlers: zorg voor kinderen, zorg voor naasten en persoonlijk verlof. Daarnaast stelt het adviesorgaan voor om de huidige regelingen te vereenvoudigen.
Met deze voorstellen wordt een toekomstbestendige verlofstructuur gecreëerd, stelt de SER in haar advies ‘Balans in maatschappelijk verlof’. “Verlof dat eenvoudig en overzichtelijk is geregeld, levert voor de werkgever minder geregel en administratieve last op en de belemmeringen voor het opnemen van verlof door werknemers worden verminderd”, legt SER-kroonlid Nicolette van Gestel uit. “Het kan verder prestaties en motivatie van werknemers bevorderen en het ziekteverzuim verminderen.“
De voorstellen van de SER dragen volgens haar ook bij aan het bevorderen van de noodzakelijke wendbaarheid van bedrijven. “Een meer evenwichtige financieringswijze vergroot het draagvlak onder werknemers en werkgevers, die nu vooral de kosten van verlof betalen.”
Stelsel verlofregelingen complex en onoverzichtelijk
De afgelopen jaren is het wettelijk verlofstelsel steeds meer uitgebreid. Deze uitbreidingen hebben tot een onoverzichtelijk verlofstelsel geleid met complexe regelingen en een onevenwichtige financiering. “Ook worden bij verlofopname knelpunten ervaren, vooral rond de opname van ouderschapsverlof”, vertelt Van Gestel. “Daarnaast vragen de toenemende informele zorg en de huidige arbeidsmarktkrapte en vergrijzing om een modernisering van het verlofstelsel.”
Nieuwe verlofwet met drie pijlers
De SER adviseert daarom het nieuwe kabinet om de huidige verlofregelingen – die zijn vastgelegd in de huidige Wet arbeid en zorg – te vereenvoudigen en te bundelen in een nieuwe Wet maatschappelijk verlof. Die bestaat uit drie pijlers: zorg voor kinderen, zorg voor naasten en persoonlijk verlof. Hieronder volgt een overzicht van de inhoud van deze pijlers, waarbij is uitgegaan van de bestaande verlofrechten.
Zorg voor kinderen: Onder zorg voor kinderen vallen zwangerschaps- en bevallingsverlof, geboorteverlof, ouderschapsverlof en adoptie- en pleegzorgverlof. Het aantrekkelijke van het samenbrengen van deze regelingen is dat de uitvoering voor de werkgevers en de eenvoud voor werknemers groter wordt. De SER doet verschillende voorstellen om de regelgeving en administratieve handelingen in deze pijler te vereenvoudigen en (betalings)voorwaarden zoveel mogelijk gelijk te trekken. Belemmeringen voor het gebruik van (betaalde) verlofregelingen door werkenden met een laag inkomen kunnen zo ook worden verminderd.
Zorg voor naasten: Deze pijler betreft de huidige regelingen voor kort- en langdurend zorgverlof, en biedt tevens mogelijkheden voor het opnemen van verlof voor mantelzorg. Door de toenemende vergrijzing zullen steeds meer werkenden mantelzorgtaken gaan krijgen. De SER vindt dat mantelzorg op korte termijn beter moet worden gefaciliteerd vanwege het maatschappelijke belang ervan. Zij stelt dan ook voor om op korte termijn het huidige kort- en langdurend zorgverlof samen te voegen en daaronder ook mantelzorg te scharen. Zo ontstaat er één verlofrecht voor de noodzakelijke zorg voor ‘naasten’ bij ziekte of hulpbehoevendheid. Voor structurele situaties van mantelzorg moeten er structurele oplossingen komen, zodat mantelzorgers niet terug hoeven te vallen op ziekmelding of opname van wettelijke vakantierechten. De SER pakt mantelzorg in combinatie met werk in een apart advies op.
Persoonlijk verlof: Binnen deze pijler kunnen bestaande en nieuwe verlofbehoeften decentraal en via maatwerk worden geregeld, om werknemers meer mogelijkheden te geven om werken, leren en/of zorgen te combineren. Rouw verdient een plek in deze pijler van persoonlijk verlof. Voorgesteld wordt om in deze pijler het huidige wettelijke calamiteitenverlof op te nemen, evenals een faciliteit ten behoeve van verlof voor rouwende werknemers. Hiervan kan door het maken van maatwerkafspraken decentraal worden afgeweken in overleg tussen vakbonden en werkgeversorganisaties. Uitgangspunt is een evenredige bijdrage vanuit de publieke middelen voor het wettelijk deel van deze verloffaciliteit. Daarnaast zouden eventuele decentrale afspraken fiscaal kunnen worden gestimuleerd.
Meer balans in zeggenschap en lastenverdeling
De SER hecht aan meer balans in zeggenschap – vanuit werkgeversperspectief – over de opname van verlof. Van Gestel: “Zo vinden wij het bij het opnemen van ouderschapsverlof van belang dat werkgevers en werknemers zo vroeg mogelijk – het liefst voor de geboorte – overleggen over de hoeveelheid, timing en spreiding van dagen. Daarom stellen we voor om in de wettelijke regeling van het ouderschapsverlof een vereiste van goed overleg in te voegen over de wijze van opnemen op basis van wederzijdse wensen en behoeften.”
Daarnaast doet de SER voorstellen voor een evenwichtigere wijze van financiering, door een grotere en meer herkenbare bijdrage van de overheid, om te beginnen ten aanzien van het geboorteverlof. Van Gestel: “In de huidige vormgeving van het betaald verlof dragen werkgevers in aanzienlijke mate en deels ook werknemers zelf de lasten van betaald (aanvullend) geboorte- en ouderschapsverlof, terwijl de bijdrage vanuit de overheid beperkt is. Dat staat niet in verhouding tot de grote maatschappelijke baten die deze verlofvormen hebben.”
Het volledig SER-advies ‘Balans in maatschappelijk verlof’ vind je hier.
Lees ook: ‘Omarming vaderschapsverlof bevordert gelijkheid op de werkvloer’
“Blijkbaar zorgen de paar weken vaderschapsverlof ervoor dat jonge kinderen traditionele rolpatronen loslaten. Dat bevordert gelijkheid thuis en op de werkvloer.”