Veel gepensioneerden willen actief blijven in hun vakgebied, maar de redenen hiervoor zijn verschillend. Soms is het uit financiële noodzaak, omdat er te weinig pensioen is opgebouwd om de gewenste levensstijl te kunnen bekostigen. Maar ook steeds meer mensen vinden dat ze nog niet toe zijn aan een carrière achter de geraniums. Zij voelen zich nog fit genoeg om fulltime of parttime door te blijven werken, zo blijkt uit recente cijfers van het CBS.
Gemiddeld genomen werken Nederlanders nu door tot de leeftijd van 65 jaar en 8 maanden. En van de 70- tot 75-jarigen is bijna 10 procent nog actief, meestal als parttimer. Dat kan binnen het eigen bedrijf zijn of omdat ze het vak dat ze uitoefenen nog niet vaarwel willen zeggen.
Na pensioen lichter werk
Het aantal werkenden dat reeds voor de AOW-gerechtigde leeftijd met pensioen gaat, neemt al sinds 2007 af. Voor dat jaartal was het ruim 80 procent maar in 2022 is dit percentage gedaald tot onder de 50 procent. Van de huidige werknemers in de leeftijd tussen 45 en 65 is een groot deel bereid om ook na hun pensioengerechtigde leeftijd door te werken. Wel willen ze dan een kortere werkweek of lichter werk gaan doen.
Populaire parttimebanen onder senioren zijn chauffeur, conciërge, receptioniste en administratief medewerker. De afgelopen tien jaar werken ook steeds meer vrouwen en hoger opgeleiden door na hun pensionering. Het aantal vacatures dat zich specifiek richt op deze groepen stijgt. En deze ontwikkeling creëert dan weer een nieuwe markt voor in senioren gespecialiseerde uitzendbureaus.